Het catastrofale succes van Hamas
Jaap Hamburger van Een Ander Joods Geluid en Robert Soeterik van het Nederlands Palestina Komitee moeten daar tot hun verdriet het antwoord vooralsnog schuldig op blijven. Wat zeker niet betekent dat ze weinig over de huidige crisis te melden hebben. Maar naar perspectief zoeken is op dit moment nauwelijks aan de orde. Beter is het de publieke opinie te waarschuwen voor alle verschrikkelijke scenario’s die nog in het verschiet liggen. Misschien dat dit uiteindelijk, na tientallen jaren collusie met Israël, zal bijdragen tot een kentering in de houding van Westerse machten tegenover de Israëlisch-Palestijnse kwestie. Al is de hoop daarop vooralsnog beperkt.
Volgt een somber, maar eloquent gesprek van nog altijd gedreven, prominente activisten, die elkaar al een hele tijd kennen, en in de loop der jaren steeds meer naar elkaar zijn toegegroeid. Want waar Robert Soeterik het zionisme nooit heeft aangehangen, heeft Jaap Hamburger het stilaan afgezworen.
‘Hoe kon het gebeuren?’ Die vraag dreunt een maand na de aanval van Hamas nog na. Hoe kon een van de modernste legers ter wereld zich zo voor schut laten zetten door vijftienhonderd licht bewapende opstandelingen? Hoe kon een veiligheidsapparaat van een land met Veiligheid als allesoverheersend mantra het zo hebben laten afweten? Hoe was het mogelijk dat een van camera’s, sensoren en wachttorens vergeven high-tech barrière tussen de Gazastrook en Israël zo eenvoudig onklaar werd gemaakt en doorbroken?
Die vragen zijn een traktatie voor complotdenkers, maar in de ogen van Hamburger en Soeterik juist vrij eenvoudig te beantwoorden. Hun verklaring luidt: structurele zelfoverschatting, die weer het gevolg is van ideologische verblinding.
Misschien is het zoals de Palestijns-Amerikaanse historicus Rashid Khalidi onlangs formuleerde: ‘Op 7 oktober is Israël keihard op de futiliteit van zijn strategie ten aanzien van de Gazastrook gestuit.’
Hoe dat zo? Daarvoor moeten we volgens Jaap Hamburger vooral kijken naar de situatie op de Westelijke Jordaanoever. ‘Het beleid van deze en vorige Israëlische regeringen is erop gericht om zo veel mogelijk delen van dat gebied te annexeren. Dus is het zaak de Palestijnen er het leven zo moeilijk te maken dat ze weggaan. De kolonisten mogen het vuile werk opknappen, zij zijn de stoottroepen, beschermd en bijgestaan door het leger. Dit hele handelen is ideologisch gemotiveerd, we hebben het hier over de droom van een Groot-Israël. Ideologie maakt blind, niet in het minst omdat ze een groot geloof in de eigen superioriteit stipuleert en een racistisch ongeloof in de capaciteiten van de tegenstander. Dat alles heeft onder de huidige regering, de meest ideologische ooit in Israëls geschiedenis, geleid tot een steeds grotere militaire concentratie op de Westelijke Jordaanoever, een massale overheveling van troepen daar naartoe, en een veronachtzaming van de Gazastrook, zonder oog voor de gevaren.’
Soeterik vult aan: ‘Mensen zitten ook buiten Israël misschien te veel vast aan het beeld dat het land de zaken tot in alle uithoeken onder controle heeft. Dat dacht het, ja, maar dat getuigde juist van een enorme arrogantie, een pijnlijke misperceptie van de situatie. Men beschikte ook kennelijk niet over de middelen om erachter te komen dat er iets groots in voorbereiding was. Dat zegt veel, maar het is minder bijzonder dan menigeen denkt. De Mossad heeft wel vaker geblunderd. We kunnen zelfs terug naar de Oktober Oorlog van 1973, toen Israël de gecombineerde aanval van Egypte en Syrië helemaal niet voorzag.’
Dat Israël snapt wat er gebeurt en daar doeltreffend naar handelt, is dus een mythe, maar de belangrijkste conclusie is wellicht dat het veronderstelde Israëlische veiligheidsbeleid schromelijk wordt overschat. Als er in werkelijkheid nogal nonchalant met die veiligheid wordt omgesprongen, gaat het daar kennelijk niet in de eerste plaats om. De barrière om de Gazastrook staat er slechts in beperkte mate om de Israëlische bevolking te beschermen tegen de Palestijnen. Mogelijk hield ze plegers van zelfmoordaanslagen adequaat tegen, maar niemand achtte het Palestijnse verzet tot zo’n spectaculaire en vernietigende uitbraak in staat. Die kwam, ondanks die voortdurende nadruk op veiligheid, als een totale verrassing.
‘Hamas is een georganiseerde gewapende beweging die niet stil zit, niet zomaar alles over zich heen laat komen, en om die reden in de gaten gehouden wordt,’ zegt Soeterik. ‘Maar in wezen draait het inderdaad om heel iets anders.’
Dat Israël de slagkracht van Hamas onderschatte is volgens hem de uitkomst van een vrij lange ontwikkeling. ‘Als je kijkt hoe het gegaan is sinds 2005, het jaar dat Israël unilateraal zijn leger en joodse kolonisten terugtrok uit de Gazastrook: de blokkade begon toen eigenlijk al meteen, en niet pas na de machtsgreep van Hamas in 2007, zoals je altijd leest. De terugtrekking was dus eerder een hergroepering dan een echt vertrek. Zonder kolonisten die het moest beschermen, kon Israël de Gazastrook immers veel efficiënter onder controle houden en een verdeel-en-heers politiek voeren.’
Soeterik brengt de in 2006 door Hamas gevangen genomen Israëlische militair Gilad Shalit in herinnering. ‘Ik wil niet geringschattend doen over het belang hem vrij te krijgen, maar diens vijf jaar durende detentie bood Israël een extra voorwendsel de Gazastrook te blijven isoleren: de blokkade als een poging om hem vrij te krijgen. Wat in 2006 daarnaast nog gebeurde was dat Hamas de Palestijnse parlementsverkiezingen met ruime meerderheid won. Aan de Hamas-regering voor heel Palestina, die toen heel kort heeft bestaan, stelde het Midden-Oostenkwartet – de VN, de VS, EU en Rusland – een drietal eisen: afzweren van de gewapende strijd, respecteren van de Oslo-Akkoorden, en erkenning van Israëls bestaansrecht. Daaraan wilde Hamas niet geheel voldoen, waarop nog meer verdeel-en-heers politiek volgde: die werd alleen maar interessanter nadat Hamas in 2007 de macht greep in Gaza – overigens een reactie op een mislukte staatsgreep van de VS en Israel, met als doel de wettig gekozen Hamas-regering ten val te brengen en een Fatah-regering in het zadel te helpen.’
In 2011 brak met de vrijlating van Shalit een nieuwe fase aan, betoogt Soeterik verder. ‘Het drong tot de Israëlische regering door dat je met Hamas aan de macht in Gaza, het zogenaamde vredesproces kon blokkeren. Zolang Hamas bestond, zou het niet kunnen worden genegeerd in politieke onderhandelingen – maar Hamas was geen partner. Het weigerde immers te voldoen aan alle drie de voorwaarden die de PLO wél had aanvaard. Zo kwam het onderhandelingsproces stil te liggen: precies wat Israël wilde. De blokkade duurde voort en trok een vreselijke wissel op de bevolking van de Gazastrook. Af en toe ging Hamas over tot de aanval met raketbeschietingen, daarop antwoordde Israël met brute kracht, waarop er vrij snel, dankzij bemiddeling van Egypte of Qatar, een nieuwe situatie ontstond, die eigenlijk steeds op hetzelfde neerkwam: terugkeer naar de status quo, met ietsje meer vrijheid voor Gaza. Deze cyclus heeft in Israël het idee bevestigd dat dit conflict met Hamas te managen was. En dat daarmee meer ruimte kwam voor de grotere agenda: Palestijnen buiten een overleg houden waarop de internationale gemeenschap druk zou kunnen zetten.’
Alles verschoof eigenlijk door de normalisering van Israëls betrekkingen met een aantal Arabische staten. ‘De Palestijnen weten wel dat ze weinig van de machthebbers in de Arabische wereld te verwachten hebben, maar toch: toen het laatste belangrijke Arabische regime – Saoedi-Arabië – ook op weg leek naar normalisering met Israël, was dat voor hen het teken dat ze er definitief niet meer toe deden. Maatschappelijk waren ze al gemarginaliseerd: iedere gewapende en politieke verzetsstrijd moet een draagvlak hebben, maar dat wordt al decennia onder de Palestijnen weggeslagen door de verwoesting van hun samenleving. Wat kan er dan uiteindelijk van dat verzet komen? De consternatie die ontstond na de Saoedisch-Israëlische flirt en twee zeer bloedige jaren op met name de Westelijke Jordaanoever, plus nog eens de uitermate wreed neergeslagen, grotendeels vreedzame Grote Mars van de Terugkeer bij het hek om de Gazastrook, én ook nog eens het aantreden van de meest extreemrechtse regering in de Israëlische geschiedenis – al die ontwikkelingendreven Hamas ertoe een grootscheepse aanval uit te voeren. Met als doel dat de Palestijnse zaak in ieder geval weer acuut in de belangstelling kwam en hopelijk weer op de politieke agenda terugkeerde.’
Jaap Hamburger vult aan: ‘Met deze Israëlische regering heerste er minder hoop dan ooit dat er iets aan de blokkade zou gebeuren, terwijl de problemen zich opstapelden. Weliswaar waren er de laatste jaren meer vergunningen voor werk in Israël, en stond Israël grif toe dat er geld van Qatar in de kassen van Hamas vloeide, het perspectief op een einde aan het isolement was met het aantreden van dit kabinet volledig achter de horizon verdwenen. Het dreigende akkoord met de Saoedi’s was de druppel. Riyad had tal van redenen zo’n akkoord na te streven – een Israëlisch/Amerikaans fiat om een kerncentrale te bouwen, bescherming tegen Iran – maar voor Israël waren de Saoedi’s ook de hoofdprijs. Zoals een Israëlische minister zei: als we dat voor elkaar weten te boksen, vallen de Palestijnen helemaal over de rand.’
Soeterik: ‘Er is nog iets. Het in Beijing bekrachtigde herstel van verhoudingen tussen Saoedi-Arabië en Iran beschouw ik als wisselgeld: een poging van Saoedi-Arabië om in de context van normalisering met Israel meer los te krijgen van de VS – waaronder meer militaire samenwerking, een kerncentrale en natuurlijk volledige rehabilitatie van Mohammed Bin Salman na de brute moord in Istanboel op de Saoedische journalist Jamal Kashoggi. Want de Amerikaanse invloed in het Midden-Oosten mag dan afnemen, de Golfstaten zijn voorlopig nog sterk van Washington afhankelijk. Ook het naburige Bahrein huisvest een grote Amerikaanse militaire basis. Washington weet dat wanneer het Saoedi-Arabië geen kerncentrale levert, Rusland of China dat zullen doen. Kortom, Saoedi-Arabië probeert er zoveel mogelijk uit te slepen. Die normalisering erkent Hamas als zeer bedreigend. Verdere versterking van de betrekkingen tussen Saoedi-Arabië en de VS, plus normalisering met Israel, betekent dat de herstelde relatie van Saoedi-Arabië met Iran weer snel zal vervliegen. Wat weer een verzwakking inhoudt van de zogeheten As van verzet, een bondgenootschap in het grotere Midden-Oosten tussen Iran, Hezbollah, Hamas, Syrië en het Houthi-regime in Jemen, die gemeen hebben dat ze sterk gekant zijn tegen Israëlisch-Amerikaanse dominantie in de regio. Een bekoeling tussen Iran en Saoedi-Arabië betekent een verzwakking van de Iraanse positie en daarmee van die hele as, waartoe ook Hamas behoort.’
Als laatste reden voor de actie van Hamas noemt Soeterik simpelweg de deplorabele toestand van de Palestijnen in Gaza. ‘Bedenk hoe die er na al die jaren van afzondering en geweld aan toe zijn: trauma’s, ondervoeding, bedplassen, op grote schaal bloedarmoede, nierproblemen, dwerggroei – een onhoudbare situatie, zoals jaren eerder al door de VN is geconstateerd.’
Hamburger: ‘Ik vind het heel acceptabel om die uitbraak van Hamas te vergelijken met de woede-uitbarstingen van gekoloniseerde volken. Denk aan de Bersiap in Indonesië, toen groepen veelal jonge inlanders op gruwelijke wijze wraak namen op de kolonisatoren en hun medestanders. Die werden soms getjingtjangd, in mootjes gehakt. Dat gebeurde weliswaar in een machtsvacuüm, maar de overeenkomst is dat Palestijnen ook een gekoloniseerd volk zijn, en dus waarschijnlijk dezelfde psychologische processen vertonen als andere gekoloniseerde volken. We weten dat hun opstanden hele heftige uitbarstingen van geweld opleveren. Het zijn uitzinnige ontladingen van wraak.’
De Israëliers, vervolgt Hamburger, zijn op hun beurt diep gekwetst in hun illusie van veiligheid, wat volgens hem de enige reden is dat het recht van zelfverdediging zo nadrukkelijk naar voren wordt geschoven. ‘Dat gevoel van veiligheid moet hersteld, ten koste van alles. Ik heb heel in het begin een sommetje gemaakt. We weten uit ervaring dat het Israëlische idee van veiligheid voorschrijft dat er tegenover één dode Israëliër tien tot vijftien dode Palestijnen staan. Vermenigvuldig nu het aantal van veertienhonderd dode Israëliërs met tien tot vijftien, en je komt op veertienduizend tot eenentwintigduizend dode Palestijnen. Ik denk dat Israël dat laatste aantal niet gaat halen. Maar veertienduizend? Het zou mij niet verbazen. Dat moet dan het gevoel van veiligheid terugbrengen. Wat Rutte herstel van afschrikking noemt…’
Rest de vraag of Hamas in zijn opzet is geslaagd. Tellen de Palestijnen weer mee? ‘Daar mag je grote vraagtekens bij zetten,’ zegt Soeterik. ‘Want wat is er gebeurd: de overrompeling door Hamas-strijders van het noordelijke checkpoint Eretz en de inname van ruim twintig militaire steunpunten. Die aanval is te rechtvaardigen, het waren immers militaire doelen, en gewapend verzet tegen een bezettingsmacht is legitiem volgens het internationaal recht. Maar daarop volgde er een slachtpartij in naburige kibboetsen en op een rave. Dat was een aanval op non-combattanten en dus een oorlogsmisdaad. Niet te verdedigen. Het getuigt ook van een gebrek aan discipline. Dat is kwalijk voor een politieke organisatie die wapens draagt. Je begrijpt dat dit Israël de gelegenheid heeft geboden een en ander te framen als een pogrom, en een verband te leggen met hetzij de Holocaust, hetzij jihadisme in zijn rauwste vorm: zo maak je van Palestijnen Nazi’s, of van Hamas IS, en zijn ze daarmee ieders vijand.’
Jaap Hamburger: ‘Israël heeft nooit nagelaten om zijn problemen te linken aan wat wij zelf vrezen. Zo noemde Sharon Arafat de Bin Laden voor Israël.’
Wat is het toekomstperspectief? Het is een platitude om dat grimmig te noemen. Zoals het zich nu lijkt te ontvouwen, stevenen we volgens Soeterik af op een humanitaire catastrofe zonder weerga, en mogelijk op een etnische zuivering. ‘De Israëlische strijdkrachten kunnen Hamas alleen een zware klap toebrengen als ze het noorden van de Gazastrook ‘schoonvegen’. Voor het Westen heeft Hamas als politieke factor afgedaan. Wat we verder nog kunnen hopen voor de Palestijnen? Voor we kunnen gaan hopen, zie ik grote bedreigingen. Palestijnen in het noordelijk deel van de Gazastrook zullen naar het zuiden moeten vluchten om niet in het oorlogsgeweld te worden afgeslacht. De Gazastrook is tien keer zo dichtbevolkt als Nederland, dus dan zal het zuiden nog veel dichter bevolkt raken. Je wilt je niet voorstellen hoe dat humanitair uitpakt. En hoe dat maanden, zo niet jaren zal doorwerken. Tien procent van de bebouwing in het noorden ligt nu al in puin en as. Etnische zuivering ligt ook op de loer. Maar dat kan een moment zijn dat de publieke opinie zich tegen Israël gaat keren. Dan krijgen we misschien een situatie die we nu nog niet kunnen voorzien.’
Jaap Hamburger: ‘Het spijt me, maar ik geloof niet dat de publieke opinie in dit geval enige invloed heeft op de politieke leiding. Voor wat het waard is: ik heb gelezen dat dit dossier het minst beïnvloedbaar is door de publieke opinie. Anders hadden we ook allang een verandering in de houding van politici gezien. Hoe negatiever de reacties op wat Israël doet, hoe dichter die politici de kaarten juist tegen de borst houden. Dat hele model om langs de weg van de publieke opinie politieke veranderingen teweeg brengen – ik geloof er eerlijk gezegd niet in.’
‘Maar Jaap,’ verzucht Robert, ‘dan kunnen we er beter mee stoppen. Onze enige hoop is nog de publieke opinie!’
Jaap Hamburger: ‘We stoppen er niet mee omdat we het niet kunnen laten door te gaan.’
‘Goed,’ zegt Soeterik. ‘Maar waarom hebben de Verenigde Staten marineschepen samengetrokken in de Oostelijke Middellandse Zee? Dat is om Hezbollah van deelname aan de strijd af te houden, dat weten we. Er is Washington veel aan gelegen dat te doen. Want stel dat de situatie escaleert, wanneer Hezbollah en Iran zich in het conflict mengen: dan zal de Arabische straat zich roeren, wat de Arabische regimes weer in verlegenheid brengt. De Arabische publieke opinie staat achter de Palestijnen en daar hebben die regimes hoe dan ook rekening mee te houden. Al die instabiliteit komt de Amerikanen heel slecht uit. Die willen zich niet meer zo bezig houden met het Midden-Oosten, die zijn meer gepreoccupeerd met China. Daarom zijn zij aan op een aantal fronten aan het de-escaleren. Achter de schermen, wel te verstaan. Vóór de camera slaan Blinken en Biden Netanyahu op de schouders. Maar ze zijn niet voor niets kort achter elkaar naar Israël gegaan. Dat is om Israël onder controle te houden. Wat nu gebeurt staan de Amerikanen toe. Maar massale verdrijving van de Palestijnen niet. Want dan escaleert de zaak. En die verdrijving blijf een reële mogelijkheid, als je ziet hoe het er op de Westelijke Jordaanoever toegaat, en getuige documenten die nu opduiken waarin wordt voorgesteld de bevolking van de Gazastrook ‘voorlopig’ in de Sinaï onder te brengen.’
Er is altijd de wens geweest de bevolking van Gaza te deporteren, zegt Soeterik. ‘Na de Juni-Oorlog van 1967 had toenmalig premier Levi Eshkol een plan om er zestigduizend naar Paraguay over te brengen. Het is niet vreemd dat Egypte sinds jaar en dag zo gretig meewerkt aan de afgrendeling van Gaza. Het weet dat als het dat niet doet, het probleem naar Egypte wordt verplaatst. De twee grenslanden Egypte en Jordanië moeten dus hun grenzen dicht houden om een etnische zuivering voorkomen. Zullen ze dat kunnen blijven doen? Ik weet het niet. Ik heb daar een onrustig gevoel over. Bovendien kun je op de Westelijke Jordaanoever ook een interne zuivering hebben. Misschien is die al aan de gang.’
‘Wat me ook somber stemt is het volgende: als je kijkt naar wat destijds de formule was van het ANC in Zuid-Afrika – een succesvolle bevrijdingsbeweging tegen een soortgelijk regime -, dan rustte die op drie pijlers. Er was de geweldloze politieke strijd in Zuid-Afrika, er was de gewapende strijd vanuit de buurlanden, en er was de internationale solidariteitsbeweging. Die hebben de omwenteling uiteindelijk mogelijk gemaakt. Toegegeven, de politieke verhoudingen in de wereld lagen destijds anders dan nu. Hoe dan ook, de succesformule van het ANC ligt voor de Palestijnen buiten bereik. De politieke strijd staat door de onderlinge verdeeldheid op een laag pitje, de gewapende strijd moet nu een zware klap incasseren, en de internationale solidariteitsbeweging zal het erg moeilijk krijgen met de effecten van de aanval van Hamas. Hoe moeten wij pleiten voor een eenstaatoplossing, voor gelijkheid en gelijkberechtiging, terwijl er nogal wat Israëliërs kunnen zeggen: in dat avontuur gaan wij ons niet storten, na wat we hebben meegemaakt? Ik denk dat we ook los daarvan behoorlijk verzwakt een politieke strijd moeten gaan voeren.’
Soeterik richt zich tot zijn gesprekspartner: ‘Jaap, ik neem aan dat men jou nu vanuit zionistische hoek voor de voeten werpt dat je naïef bent geweest: Zie je wel, Israël laat zijn schild even zakken, en kijk eens wat er gebeurt.’
Hamburger moet het beamen: ‘Ik krijg te horen dat ik zou worden afgeslacht door Hamas op een wijze die niet onderdoet voor hoe de Einsatzgruppen van de SS de joden afmaakten. De joodse gemeenschap heeft een beperkte blik: totaal verpletteren van Hamas, dan is het varkentje gewassen en gaan we op de oude voet verder. Ze denken ook niet verder terug. Een analyse over hoe het zo ver gekomen is, ontbreekt. En als je niet terugdenkt, kun je ook niet vooruit denken.’
Is dit een soort mentale struisvogelpolitiek? ‘Het is veel meer dan dat,’ zegt Jaap Hamburger. ‘Het is een diep en fundamenteel wantrouwen tegenover de buitenwereld, hoe voorkomend die zich ook opstelt. Want je weet nooit of daarachter zich toch geen antisemitisme verschuilt. Altijd op je hoede zijn is het parool, de eenheid bewaken. Interne kritiek is niet welkom, want die verzwakt de eigen positie alleen maar. In mijn ogen is er vaak sprake van verworven trauma, in plaats van doorleefd trauma. De Nederlands-joodse psychiater Louis Tas noemde dat cumulatieve traumatisering. De joodse herdenkingscultuur gaat altijd over wat het joodse volk is aangedaan, en dat gaat makkelijk terug tot ver voor Christus. Dat moeten we maar blijven herdenken, elk jaar weer. En dan is er in de werkelijkheid van vandaag de dag dus maar een kleinigheid nodig, of men zegt: zie je nou wel? Het is weer zo ver. Dat ligt als het ware al klaar. De ultieme uiting van dat gevoel was de jodenster die de Israëlische VN-ambassadeur Gilad Erdan op zijn revers had aangebracht. En er is een foto waarop niet alleen hij, maar de hele delegatie die op heeft!’
Dan valt er, tegen het eind van dit gesprek, toch het woordje ‘positief’. Het komt uit de mond van Robert Soeterik: ‘Dat dacht ik, toen ik dat zag, met die jodenster: positief voor ons. Dit is weer zo’n voorbeeld dat Israël zich overschreeuwt. Het gebeurde al eerder met die belachelijke tekening waarmee Netanyahu de Iraanse nucleaire dreiging in de vorm van een bom presenteerde: dat was zo absurd en infantiel. Als je zo gelijk moet halen, met zo veel demagogie, dan is dat een teken van zwakte.’
Hamburger: ‘Wat Erdan deed was de ultieme uiting van het gevoel dat joden altijd de dupe zijn. Het gevolg daarvan is volgens mij dat men niet in staat is een ander als slachtoffer te zien. Laat staan als slachtoffer van het eigen handelen. Medeleven met mensen die worden getroffen door een overstroming in Afrika, dat lukt nog wel. Maar dat Palestijnen de dupe zijn van Israëlisch optreden, dat is niet één, maar twee bruggen te ver. Het is bijzonder schadelijk wanneer mensen lijden aan slachtofferwaan en ook nog eens beschikken over heel veel macht.’
Robert Soeterik: ‘Daar komen het contextloze praten over 7 oktober en alle verwijzingen naar het verleden vandaan. Het is van het allergrootste belang dat dit destructieve spoor wordt verlaten. Jaap, zie jij een taak voor jezelf om daar, vanuit Een ander joods geluid, in je stukken op te wijzen?’
Jaap zucht: ‘Robert, ik doe wat ik kan.’
En zo nemen de twee voor nu afscheid, maar zullen ze – naar valt te hopen en te verwachten – elkaar nog vele malen gepassioneerd spreken. Of het helpt of niet.
Jaap Hamburger (1950) werd geboren uit joodse ouders. Zijn zusje kwam om in Bergen Belsen, net als alle familie van vaderszijde; Hij had een loopbaan bij UWV en rechtsvoorgangers, in allerlei functies. Hij is voorzitter van Een Ander Joods Geluid sedert 2008, bestuurslid van het Rights Forum tot 2022. Inmiddels antizionist en voorstander van één staat tussen de zee en de rivier met gelijke burgerrechten voor de wet voor alle bewoners.
Robert Soeterik (1951) is antropoloog, Midden Oosten-regiospecialist en voorzitter van het Nederlands Palestina Komitee. Eveneens antizionist en voorstander van één staat tussen de zee en de rivier met gelijke burgerrechten voor de wet voor alle bewoners.
Recente reacties